BEELDDENKEN

INLEIDING

Dit gedeelte is expliciet bedoeld voor onderwijsgevenden, begeleiders, coaches en begeleiders in sportclub of vereniging. Als ouders of jongere is het raadzaam om deze begeleiders op dit gedeelte van de website attent te maken. Voor algemene informatie kunt u terecht bij het thema.

WAT IS BEELDDENKEN

Beelddenkers denken in plaatjes en gebeurtenissen, ze denken taalvrij en begripsvrij. Beelddenken is een gave, geen defect. Alle mensen worden als beelddenker geboren.  Beelddenken is erfelijk en aangeboren.

SCHOOL EN BEGELEIDING

• Speciale begeleiding nodig bij lezen – schrijven – rekenen
• Beelddenker denkt vanuit het geheel naar de delen
• Huidige onderwijs werkt andersom
• Beelddenker raakt de weg kwijt – ziet verbanden niet 

WAT MERK JE IN DE KLAS

• Ze hebben moeite met tijd en tijdsbegrip – klokkijken probleem
• Hierdoor te laat in de les
• Moeilijk agenda bij te houden in tijdsblokken
• Rekenen problemen – getallen worden omgedraaid
• Rekentempo aan de lage kant – opeenvolgende cijfers geven geen beeld
• Hoofdrekenen vergt automatisering -  getal inzicht is moeilijk
• Lezen moeizaam 
• Taal: lidwoorden is een groot probleem
• Vreemde talen is een crime – de leerling heeft geen referentiekader in een andere taal
• Drie vreemde talen bijna onmogelijk
• Engels is de moeilijkste taal voor een beelddenker
• Spelling: eerst nagaan of leerling de woorden en betekenis kent
• Beeld dekt de lading, maar niet de woorden, bijv.:
• Tekstboek: vader wandelt over het gazon
• Beelddenker: papa loopt op het gras
• Beelddenkers begrijpen de tekst wel maar kunnen het moeilijk verwoorden
• Door veel verbale instructie raakt de leerling de kluts kwijt tijdens de les
• Meerkeuzevragen zijn erg verwarrend – beelden kunnen allemaal juist zijn 
• Groot geheugen tot in hun vroegste jeugd
• Vaak uitblinkers in creatieve vakken
• Uitspraken worden letterlijk genomen
• Beelddenkers zijn sfeergevoelig
• Slecht handschrift
• Letters worden omgedraaid: ‘d’ wordt ‘b’ of ‘p’ of ‘q’
• Natuurlijk hoeven niet al deze items tegelijk bij iemand aanwezig te zijn.

ENKELE BIJZONDERHEDEN

• Gevoelig voor licht en/of geluid
• Last van fel licht of schemer
• Last van harde/schelle geluiden
• Teveel beelden werkt uitputtend
• Op school snel uitgeput door teveel prikkels
• Drukte klas werkt zeer vermoeiend
• Weinig tijdbesef – nakomen afspraken hierdoor problematisch
• Door weinig tijdbesef hoge concentratie mogelijk
• Planning – agenda geeft problemen
• Meerdere mondelinge opdrachten werken verwarrend
• Bij een boekverslag geeft beelddenker eigen invulling die afwijkt van oorspronkelijke verhaal. Bij vragen over de tekst moeten de vragen naast de tekst gebruikt worden. 

VOORBEELD

De docent geeft de opdracht: “Schrijf op: de lucht is blauw en de zon schijnt” . De docent verwacht van de leerling dat deze kan vertellen of de lucht met ch of g geschreven wordt. De docent wil geen uitspraak over hoe mooi die zomerse dag toch wel was. De docent denkt, wil en verwacht, dat het woord ‘lucht’ als woord in het geheugen afgelezen kan worden. Het komt niet bij hem of haar op dat de zin een beeld oproept waarbij geen enkel woord te zien of te horen is. Laat staan dat je zou kunnen ‘zien’ hoe het geschreven is. 

NOG EEN VOORBEELD

De docent zegt: “Hij gaat regelmatig naar de bioscoop”. De beelddenker ‘vertaalt’ dit met: “Hij gaat vaak naar de film”. De beelddenker vereenvoudigt de begrippen. Dit gebeurt ook als de leerling een tekst leest, hierdoor raakt hij/zij de draad van de tekst kwijt. Dit gebeurt eveneens bij bijvoorbeeld een dictee of een mondelinge opdracht noteren in het schrift. 

TIPS VOOR DE DOCENT ALGEMEEN

• Een beelddenker verwerkt 32 beelden per seconde – een taaldenker 2 woorden per seconde
• De leerling ziet het totaalbeeld al voordat het in woorden uitgelegd is
• Een beelddenker heeft moeite de beelden om te zetten in woorden
• De problemen van een beelddenker zijn met goede begeleiding te verhelpen
• Huidige onderwijs is analytisch
• Staat er een ‘b’ of een ’d’?
• Staat er straat of staart?
• Leer rijtjes uit je hoofd
• Niet de lesstof is een probleem, maar de talige manier van leren en lesgeven
•  Verspreid lesstof over verschillende leermomenten
• Gebruik de verbeelding bij het leren – maak associaties
• Accepteer dat de leerling een andere manier van denken heeft
• Vertel korte verhalen
• Opdrachten: duidelijk – kort – overzichtelijk – uitvoerbaar
• Houd de leerling bij het werk en vraag hem/haar wat hij/zij moet doen, controle begrip
• Heb geduld, laat de leerling de opdracht geestelijk verwerken
• geef duidelijke uitleg – geef redenen 
• Doe een beroep op het probleemoplossend vermogen van de leerling
• Nieuwe talen leren is extra moeilijk voor een beelddenker omdat bij nieuwe woorden geen beeld voorhanden is als de betekenis nog niet bekend is bij het brein. Een 6 voor een beelddenker voor talen is hetzelfde als een 8 voor een begripsdenker. Wees positief naar de leerling. 
• Geef geen voorleesbeurt in de klas – zeer slecht voor zelfvertrouwen van de leerling – wil je toetsen doe dit dan na de les- vraag naar begrip over de inhoud van de tekst
• Zomaar leren omdat het moet lukt niet – de leerling zal het niet onthouden
• Verwoord de lesstof zo eenvoudig mogelijk
• Schematisch aangeboden lesstof met handout is gemakkelijker voor de leerling
• De beelddenker denkt “ik zie wel” en in de klas ‘ziet’ hij/zij het ook wel, maar één keer thuis is alles compleet vergeten
• Samen met de ouders kan de leerling een huiswerkschema opstellen

RICHTLIJNEN VOOR DOCENTEN VREEMDE TALEN

• Grammatica is een houvast voor de leerling
• De beelddenker denkt fonetisch 
• Herhalen van woordjes leren werkt het beste met beelden – laat de leerling zelf beelden zoeken vanuit het Nederlands
• Laat de leerling veel educatieve  tv programma’s kijken in de taal – beeldmateriaal
• Songteksten zijn ook bruikbaar
• Beelddenkers weten een woord niet uit een rijtje, maar ze kunnen het precies aanwijzen waar het in het rijtje staat
• Klanken zonder beelden zijn niet te leren

RICHTLIJNEN VOOR DOCENTEN NEDERLANDS

• Een beelddenker heeft een zwak geheugen voor geschreven en gedrukte woorden
• Een beelddenker heeft baat bij werken in Word
• Beelddenkers zijn meesters in synoniemen vinden voor woorden
• Teksten voor beelddenkers zijn het beste te lezen in 3 kolommen
• Kolom 1: de belangrijkste gegevens
• Kolom 2: de bruikbare gegevens
• Kolom 3: bevat de details

TIPS VOOR DE DOCENTEN ZAAKVAKKEN

• Grote handicap is het lezen
• Het is nodig de lesstof schematisch aan te bieden
• Samenvattingen of tekstverklaringen kunnen ook mondeling (opname) uitgewerkt worden

Klik op de rechter button voor meer  informatie van de landelijke belangenorganisatie.